Op donderdag 19 september 2019 organiseerde het Bureau Clara Wichmann een evenement in Pakhuis de Zwijger: ‘Wie maakt jouw huis schoon? Over een eerlijke werkverdeling in huis & de arbeidspositie van huishoudelijk werkers.’

Probleem
Tijdens deze avond werd een onderwerp besproken wat, volgens de aanwezigen, een probleem is in onze maatschappij waar eenieder mee te maken kan hebben. Het probleem wordt tijdens de opening van de avond door Anniek de Ruijter, directeur van Bureau Clara Wichmann, benoemd. Namelijk dat huishoudelijk werk niet wordt erkend als ‘gewoon werk’. De Regeling dienstverlening aan huis[1] veroorzaakt een onderscheid in de rechtspositie van huishoudelijk werkers ten opzichte van ‘gewone werkers’. Dit heeft als gevolg dat huishoudelijk werkers minder sociale zekerheid genieten. Waar bijvoorbeeld een ‘gewone werker’ recht heeft op 104 weken doorbetaling bij ziekte, heeft een huishoudelijk werker enkel recht op 6 weken.

Natalia Robledo Contreras, zelf een huishoudelijk werker, legt op een duidelijke manier uit tegen welke problemen huishoudelijk werkers aanlopen, voornamelijk wanneer het gaat om ongedocumenteerden. Zelf was Natalia tot januari 2019 ongedocumenteerd. Constant moest zij in angst over haar schouder kijken, terwijl zij in haar werk niet verzekerd was. Daarbij is een groot probleem dat veel huishoudelijk werk zwart wordt verricht, wat als gevolg heeft dat de werker helemaal niet beschermd wordt. Natalia is lid van het netwerk Migrant Domestic Workers van de FNV. Dit netwerk zet zich in voor de belangen van huishoudelijk werkers in Nederland. Daarbij roept Natalia op dat huishoudelijk werk erkend zal worden in Nederland. Erkenning dat deze werkers, waarvan 95% vrouw, bestaan. Er wordt gevraagd om erkenning, zichtbaarheid en respect.

ILO 189 verdrag
Een belangrijk onderdeel van deze erkenning ligt bij de ratificatie van het ILO 189 verdrag.[2] Dit verdrag stipuleert dat alle werkenden, inclusief huishoudelijk werkers, recht hebben op gelijke sociale rechten. Als Nederland dit verdrag zou ratificeren, zou er geen onderscheid meer toegestaan zijn tussen ‘gewone werkers’ en huishoudelijk werkers.  Niels Jansen, een onderzoeker en arbeidsrechtjurist verbonden aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de UvA, legt deze noodzaak duidelijk uit. Hij heeft samen met Nuria Ramos Martin, in opdracht van Bureau Clara Wichmann en de Alliantie Samen werkt het, een rechtsvergelijkend onderzoek verricht in verschillende Europese landen. Dit onderzoek, legt hij uit, richtte zich op de rechtspositie van huishoudelijk werkers ten opzichte van ‘gewone werkers’. Het doel van het onderzoek was om vast te stellen wat wij (Nederland) kunnen leren van andere landen. Finland biedt een goed alternatief, aangezien zij een systeem handhaven van belastingvoordelen en vouchers, waardoor o.a. veel zwartwerken bestreden wordt.[3]

Intersectioneel probleem
Gezien 95% van de huishoudelijk werkers vrouw is, praten we hier over een intersectioneel probleem zegt Anniek de Ruijter, het gaat om gender en klasse. Devika Partiman, voorzitter van Stem op een Vrouw, verwoordt dit intersectionele probleem door middel van het voordragen van een column. Vrouwen hebben meer rechten dan het aanrecht: het recht op zelfbeschikking, het recht op werk, het recht op school. Maar doordat sommige vrouwen deze rechten genieten, zijn er andere vrouwen die het werk aan het aanrecht doen. Het is aan ons om op te komen voor deze vrouwen.

Panel
De avond wordt afgesloten met een paneldiscussie met Anna Ensing, van FairWork, Mac Vijn, een arbeidsjurist, Natalia Robledo Contreras, en Niels Jansen. De vraag die hier centraal staat is ‘Hoe krijgen we mensen in beweging?’ ‘Wat kunnen wij doen’? Mac Vijn stelt dat het begint bij onszelf. Er zijn zeker wel sociale rechten voor huishoudelijk werkers, maar mensen weten dat niet. Werkgevers weten dat niet. Kijk om je heen, misschien heb jij een huishoudelijk werkers in dienst, of ken jij iemand die dat heeft. Krijgen deze werkers wel waar zij recht op hebben?

[1] Voor meer informatie, raadpleeg de Regeling dienstverlening aan huis: http://www.rijksoverheid.nl/documenten/regelingen/2015/09/30/regeling-dienstverlening-aan-huis

[2] ILO 189 Verdrag, http://www.ilo.org/dyn/normlex/en/f?p=NORMLEXPUB:12100:0::NO::P12100_ILO_CODE:C189

[3] Onderzoek Persoonlijke en Huishoudelijke dienstverlening: volwaardig werk: http://clara-wichmann.nl/nieuws/onderzoek-rechtspositie-60-000-pgb-zorgverleners-onrechtmatig

Deel dit artikel: